We hebben het niet droog gehouden

15 april 2015 - Inle Lake, Myanmar

Zondagochtend waren we vroeg wakker, de zon piepte bij opkomst recht in onze kamer. Dus maar op tijd naar het ontbijt. Volgens ons waren we weer de enige twee gasten, we hebben in elk geval niemand anders gezien, en er stonden verder ook geen gedekte tafels.
Rond negen uur zijn we gaan lopen, het duurde even voor we buiten Kalaw waren, maar toen was het ineens een adembenemende omgeving. Rijstvelden, tuinbouwveldjes, overal mensen aan het werk, buffels, in één woord super! En na ongeveer anderhalf uur zaten we eigenlijk ineens midden in een tropisch regenwoud, heel speciaal.
Terug bij het hotel rond één uur 's middags, en maar even bijgekomen. De beloofde 36 graden was inmiddels wel gehaald.
Maar ja, de naam tropisch regenwoud bestaat uit drie delen, tropisch (36 graden), woud (inderdaad, veel bomen) en regen. En dat laatste kwam dus 's middags, rond vier uur een onweersbui van ongeveer anderhalf uur. Het leek wel of het Waterfestival al was begonnen. Hoort erbij, zullen we maar zeggen. We zijn in elk geval ook blij met onze regencapes. Toen het weer droog was zij we naar beneden naar het 'centrum' van Kalaw gelopen, voor nog een boodschapje en om te eten. Daar was echter (door de bui?) de stroom uitgevallen, zodat alles bij kaarslicht en met zaklampen geregeld moest worden. Gelukkig hadden zowel de supermarkt (groot woord voor het betreffende winkeltje) als het restaurant (groot woord voor het straateettentje) geen elektronische kassa. Het is dus allemaal goed gekomen. Maar het was inmiddels wel aardig afgekoeld, we konden zowaar de jas weer aan.

Maandagochtend zijn we weer opgehaald door onze privéchauffeur en naar het beginvan het Inle Meer gebracht. Onderweg nog weer een paar keer gestopt voor foto's (en een sigaretje, we zeiden het al...). Bij het meer, of eigenlijk een paar kilometer daarvoor aan een kanaal, lagen de honderden boten al klaar, en hoe ze het doen, doen ze het, maar onze boot lag binnen vijf minuten aan de steiger, zodat we konden instappen. Vervolgens zijn we naar het meer gevaren. Gelukkig was het al weer lekker weer, zodat we geen jas of trui nodig hadden. Meteen als je op het meer komt zie je al de beroemde beenroeiers. Ze hebben één roeispaan aan hun heup gebonden, en daar slaan ze dan op de één of andere manier hun been omheen. Dan maken ze een rare bewegingmet hun heup en/of bovenlichaam, en op die manier kunnen ze hun bootje bewegen terwijl ze twee handen vrij hebben voor het vissen. We doen het ze niet na.
Na ongeveer drie kwartier varen kwamen we bij een klooster, met allemaal katten. Weer eens wat anders dan Boeddha beelden (die er trouwens ook weer in overvloed waren).
Daarna naar een weverij waar ze van de vezels uit de stengels van lotusbloemen een soort draad spinnen en daarmee vervolgens gaan weven, in combinatie met zijde. Alles gaat met de hand. Wel leuk om te zien, maar het ging natuurlijk om de verkoop in de 'fabriekswinkel'. Vervolgens naar een fabriekje waar ze Birmaanse sigaren maken, ook allemaal met de hand. Volgens ons wordt er geen tabak voor gebruikt, maar een soort gedroogde bloemetjes. We mochten er één proberen, en hebben daarna maar afgezien van verdere aankoop.
Tenslotte zijn we bij het hotel afgezet. Na het inchecken vroegen we hoe we nou bij het dorpje konden komen. Alleen per boot dus. Het hotel licht niet echt in het meer, meer op de oever, maar is alleen per bootje bereikbaar.
En een super service. Toen we na het avondeten terug kwamen op de kamer was de klamboe (waarvoor eigenlijk, we hebben geen mug gezien) al voor ons neergelaten en waren de gordijnen al dicht gedaan. Puntjes op de i, zullen we maar zeggen.

Dinsdagochtend zijn we weer door onze bootsman opgehaald, de eerste stop was nu bij een zilversmederij. Zie verder de weverij van maandag voor de bedoeling. Daarna door naar het In Dain kloostercomplex, hetzelfde als de anderen, maar dan helemaal in verval. De bomen groeien dwars door de pagodes, en het geheel maakt een sfeer van (zoals in onze reisbeschrijving staat) Indiana Jones. Dat hebben we niet zelf bedacht, maar het klopt wel.

Inmiddels hadden we begrepen dat het Waterfestival was begonnen, regelmatig werden we natgespetterd door enthousiaste kinderen. En op de terugweg deden de volwassenen ook mee. We kregen emmers vol water over ons heen, en we waren letterlijk tot op de draad toe nat. Maar leuk! Ook vanwege de temperatuur natuurlijk. Daar helpt geen paraplu of regencape tegen. Toen we bijna opgedroogd waren stopten we bij een soort weverij die wordt gerund door een bergstam. De vrouwen hebben daar nog van die ringen om hun nek, om die langer te maken. We zagen er één met een werkelijk onnatuurlijk lange nek. Ze glimlachte alleen maar, maar lag er toch een gekwelde blik in haar ogen? Wij vonden het niet sierlijk, meer een marteling.
Bij het vertrek werden we, voor de zoveelste keer, geconfronteerd met het Waterfestival, dus weer door en door nat, maar zeker geen marteling. Overigens is het de bedoeling van dit festijn dat je er 'schoon' van wordt, om zo het nieuwe jaar in te gaan. Maar dan moet je toch niet het water uit deze riviertjes en dit meer gebruiken. Toen we terug waren bij het hotel, na nog een bezoek aan een onwijs grote en onwijs drukke pagode, hebben we de kleren uitgespoeld, één t-shirt heeft het festival niet overleefd.
Oh ja, nog over maandag, naast de beenroeiers is het Inle Meer ook nog bekend van de drijvende tuinen. Daar worden verschillende soorten groente en fruit, maar ook bloemen, verbouwd. Om dat te onderhouden of oogsten varen de mensen op hun bootjes tussen deze tuinen door. Om ze op hun plaats te houden zijn de tuinen met stokken in de bodem vastgezet. Ook heel apart.
En de dorpjes, het zijn allemaal huizen op palen in het water. Net als ons hotel dus, maar dan niet onderling verbonden. Een soort Giethoorn in Myanmar? Nee, dat nou ook weer niet, al was het alleen maar om het feit dat hier geen fluisterboten zijn, maar knetterboten. 
Dinsdagmiddag en woensdag waren we vrij, en hebben we ook niks gedaan. Woensdag scheen tot drie uur de zon en hebben we aan onze kleur gewerkt bij het zwembad, ons eigen Waterfestival, zeg maar.

Maaike en Harm

Foto’s